Veiligheid inbouwen om onaffe producten te testen

Ik heb drie kwartier op mezelf in staan praten voor ik naar binnen durfde.

Testen of jouw product ‘werkt’, daar heb je anderen voor nodig – zeker in het geval van media, en al helemaal bij spellen. Maar dat betekent ook dat je dingen op tafel moet leggen die nog lang niet af zijn, en nog helemaal niet goed! En dat is spannend. Lenno werkt op verschillende momenten met testgroepen, waarbij hij over de drempel komt door eerst met mensen ‘van binnen’ te testen en daarna met mensen ‘van buiten’, die van zijn doelgroep zijn.

“Ik moet mijn eigen spel testen, dat is nodig om verder te komen. Het is superspannend, maar als het werkt geeft het ontzettend veel energie. Dat laatste gebeurde me met het kaartspel dat ik maakte als afstudeerproject voor de masteropleiding Kunsteducatie. De versie vóór het kaartspel was gebaseerd op Cluedo, en daarvan wist ik al heel snel: het klopt niet. Ik had het zelf getest, en zelfs zonder medespelers was meteen duidelijk dat het niet werkte. Maar ja, uit die ervaring ontstond dus mooi een volgende versie, en toen moest ik eraan geloven. Ik moest op zoek naar feedback van buiten, om al die virtuele puzzelstukjes op hun plek te krijgen. Ik weet dat ik dat nodig heb, maar ik vind die stap zetten moeilijk. 

Mijn vriendin stelde me voor om het spel een keer samen te spelen. Ik had allemaal smoesjes: ‘Ja maar, we weten toch niet hoe lang we moeten spelen’, ‘Ja maar, er is niet eens een camera hier’, ‘Ja maar, ik heb niet genoeg materiaal!’ Maar gelukkig hield ze vol, en ik ken mezelf inmiddels goed genoeg om door te hebben dat ik al die smoesjes verzin, dus besloot ik om het inderdaad dan maar te proberen. Al na twee minuten was ik daar superenthousiast over! Wauw, het spel was echt tof. En in zo’n besloten kring kan ik dan ook makkelijk zien dat het ergens nog zweeft, waar het nog niet af is. Het gaf me veel energie om weer door te gaan. Ook de volgende testronde met mijn vriendin, na wat kleine aanpassingen, verliep soepel. Ik haalde er al allemaal kleine dingetjes uit. Maar de volgende stap, die was weer moeilijk, want het spel was bedoeld om te spelen met teams van twee. Ik moest nu uit mijn veilige kringetje…

Bijna had ik me ziek gemeld, nadat ik een groepje goede en constructieve studenten gevraagd had om bij elkaar te gaan komen en als testspelers het spel te gaan spelen. Vlak voor de test heb ik nog drie kwartier op mezelf staan inpraten. ‘Het wordt wanhopig slecht,’ dacht ik, en niemand zou het leuk vinden en iedereen zou me uitlachen. Wat een beoordelingsmoment! Van de spanning ben ik bijna buiten blijven staan, maar ik bleef tegen mezelf zeggen: ‘Je hebt ze uitgenodigd en ze zijn hier voor je, nu ga je het spelen ook.’

Uiteindelijk leverde de test me heel veel nieuwe inzichten op, en het was ook heel leuk. In de basis werkte het spel al behoorlijk zoals het moest. Al die angsten van te voren… Het is die beoordeling, dat anderen dan kunnen zeggen: het klopt of het is slecht. Terwijl het gewoon onderdeel is van het proces.