Onderzoeksvaardigheden oefenen met de makersdialoog

Van elke maker wordt een schets gemaakt door een andere maker, in eigen vorm.

De makersdialoog kan bij studenten worden ingezet om onderzoeksvaardigheden te oefenen, zoals: interviewen, modereren, observeren en het verwerken van gegevens, in tekst of andere vorm.

De makersdialoog is een begeleide gespreksvorm, tussen twee makers. De makers delen concrete maakervaringen met elkaar en exploreren elkaars projecten, vraag­stukken en uitwerkingen. Ze proberen elkaars manieren van werken te achterhalen en inzicht te ontwikkelen in eigen creatieve processen en die van anderen.

Werkvorm in groepjes

In deze werkvorm oefenen studenten met de makersdialoog. Zij doen dit bij voorkeur in groepjes van 4. In 4 rondes oefenen zij achtereenvolgens met verschillende rollen en vaardigheden:

  • maker 1: je wordt als maker bevraagd, je vertelt over jouw manieren van werken
  • maker 2: je bevraagt maker 1 en zoomt in op wat deze maker kenmerkt en hoe hij of zij heeft gewerkt aan concrete projecten of concrete werken in het recente verleden
  • moderator: je begeleidt het gesprek en probeert focus te houden, je daagt de makers uit om door te vragen, dingen expliciet te maken en om steeds verder de diepte in te gaan: wat is er nou precies gebeurd?
  • observator/verwerker: je focus ligt op de maker die wordt bevraagd. Tijdens het gesprek maak je notities. Je verwerkt deze na afloop tot een schets, in een door jouw gekozen vorm. Deze schets – van de maker en wat hem of haar kenmerkt – leg je terug aan de betreffende maker. Hier reflecteer je op, feedback verwerk je in je schets of je maakt een aanvulling.

Om het gesprek na afloop nog eens terug te kunnen beluisteren en te verwerken, is het sterk aan te raden een opname te maken (audio of video). Vraag altijd om toestemming.

Organisatie 

Rollen / Rondes Maker 1 Maker 2 Moderator Observator Tijdsduur (min.)
Ronde 1 A B C D 30 min
Ronde 2 B A D C 30 min
Ronde 3 C D A B 30 min
Ronde 4 D C B A 30 min

Als je met een groepje van 3 personen werkt, neemt de moderator ook de rol van observator/verwerker aan. Gebruik hiervoor achteraf de gespreksopname en luister dit terug. Mocht je groepje slechts uit 2 personen bestaan, dan zul je ook de moderator moeten missen!! Hou elkaar in de dialoog dan zo goed mogelijk op de rails, en werk voor elkaar een schets uit. Reflecteer samen na afloop op het proces.

Opleveringen

Van elke maker wordt een schets gemaakt door een andere maker, in eigen vorm. Als docent kun je hieraan bepaalde eisen stellen, wanneer je deze schets bijvoorbeeld passend wil maken in een bepaald onderdeel van het curriculum of inhoudelijk bij een vakgebied. Door de schetsen te bundelen, in een boekje, op website, in de vorm van een tentoonstelling, kun je ze met elkaar vergelijken. Welke overeenkomsten en verschillen vallen op? Bespreek dit samen met je studenten en haal hier interessante kwesties of inzichten uit waar je mee verder kunt.

Let op!

  • Om over je maakprocessen en creatieve manieren van werken te spreken, heb je wel enige ervaring nodig. Hoe verder de student is in zijn of haar studie, hoe rijker de bron om uit te putten is. Deze oefening is daarom vooral geschikt voor studenten vanaf het 3e en 4e jaar (na stages en het doen van meerdere projecten), voor masterstudenten en makers-docenten die verder getraind willen worden in het doen van onderzoek.
  • Met makers bedoelen we kunstenaars en ontwerpers die creatieve processen doorlopen om tot iets anders of nieuws te komen in hun werk. Dit kunnen ook educatief ontwerpers zijn of mensen die creatieve strategieën of programma’s maken. We dagen je uit om dit makerschap breed te zien.

Links:

  • Het werken met de makersdialoog (originele vorm)
  • In de makersdialoog is het belangrijk om het gesprek gefocust te houden, werkwijzen concreet in hun ‘werkelijke’ context te bespreken en in te gaan op detail. Bekijk in deze videocompilatie van een makersdialoog hoe theatermaker Adelheid Roosen en dramaturg Lauren Rissik dat zo concreet mogelijk doen.

Andere ervaringen, die mogelijk interessant zijn (voor docenten):