Uitstellen, werken met tijd en tijdsdruk
Antoin stelt graag uit. Vóór hij echt begint met werken, laat hij alle informatie over de klus sudderen in zijn hoofd. Aan de ene kant geeft het stress en spanning, aan de andere kant verzamelt hij zoveel materiaal in zijn hoofd dat hij uren of dagen helemaal kan opgaan in het werk.
“Een filmpje waar ik laatst aan werkte, heeft drie weken gesudderd in mijn hoofd tot ik nog een week had om het af te maken. Maandag, dinsdag en woensdag heb ik er fulltime aan gewerkt. Daarvoor deed ik er niks aan totdat het echt niet anders meer kon. Dat doe ik wel vaker. Zolang je uitstelt, kan het werk nog alle kanten op en is de belofte of de mogelijkheid open. Dat vind ik fijner, omdat je nog niks hebt uitgesloten. Ik ben er dan intern wel mee bezig en daarom zeg ik ook: het borrelt. Alles dat op mijn pad komt, wordt inspiratiebron. Visueel maken doe ik in dat proces niet. Waardeloos eigenlijk, mijn studenten wil ik juist van dat uitstellen en het in je hoofd opbouwen van werkmateriaal afhelpen, omdat ook dat materiaal van invloed is op wat je maakt.
Na het sudderen, als de deadline echt in beeld komt, start dan een periode waarin ik heel hard en heel geconcentreerd kan werken. Ik kom dan in een flow. Dat duurt dan van een dagdeel tot een paar dagen of misschien zelfs een week.
Echt te laat begonnen, ben ik nog nooit. Ik heb zoveel ervaring dat het eerste startpunt al een bepaald niveau heeft. Tegen de tijd dat ik begin aan die geconcentreerde maakperiode is er al een beeld ontstaan. De kwaliteit van die maakperiode maakt hoe goed het eindwerk wordt.
Kanttekening: bij projecten die langer lopen, is zo’n burst natuurlijk geen optie. Dan maak je een planning waarin elk onderdeel van het creatieve en productionele proces een plek krijgt.”