Leidt het bewuster maken van makers tot overbewustheid en stilvallen

When they occupied the conscious mind with an unrelated task, people were less creative.

De angst om je te bewust te zijn van je proces is wijdverbreid.

In maakonderzoek gaat het er om impliciete kennis van makers op een later tijdstip dan waarop die kennis werd ingezet ter beschikking te brengen. De makers worden zich daarbij bewust van iets dat al in hen zit. Er komt dus niet iets nieuws boven. Alleen kan het bovengekomene nu ook bewust worden gevarieerd of kan er juist vanaf geweken worden. Het expliciet maken haalt de kennis en kunde naar het domein van het denken en het daarmee gerelateerd herinneren: het blijft op een nieuwe manier aanwezig, flexibeler oproepbaar.

Uit onderzoek blijkt dat het bewustzijn een positieve rol kan spelen in creatieve activiteiten.

“In sum, when they occupied the conscious mind with an unrelated task, people were less creative. If the conscious mind were interfering with the creativity of the unconscious, then occupying it should enable greater creativity by the unconscious – but just the opposite happened, suggesting that the conscious mind and the unconscious mind work together to generate the highest levels of creativity.” ~ R. K. Sawyer (2012: pp. 104).


Bron: Sawyer, R. K. (2102) Explaining creativity: The science of human innovation. Oxford University Press.