Puzzelen met draden uit het verleden
Sander werkt gelijktijdig aan verschillende series schilderijen in zijn atelier. De verschillende series die hij de afgelopen 10 jaar gemaakt heeft, en de onderliggende samenhang daartussen, beslaan een groot deel van Sanders schilderpraktijk. De laatste tijd is hij zijn gehele oeuvre gaan beschouwen als één grote reeks werken die hij wil samenbrengen in nieuwe series. Door alle mogelijke combinaties van beelden en werken ontstaat er een soort stijlloosheid. Zo ontstaat er één grote puzzel waarbij afbeeldingen in verschillende beeldtalen samenvallen.
“Ik werk graag aan series. Voor mij is dat een proces waarbij ik langzaam naar iets anders toe manoeuvreer. Ik werk soms wel aan twintig werken tegelijk in mijn atelier, en het kan zijn dat er dan al twee jaar zo’n doek staat en dat ik dan ineens weet: ‘zo moet het.’ Voor dat kloppend maken bestaat geen formule. Soms denk ik die dan te hebben, ik weet de stappen, maar ik kan het niet herhalen, dan wordt het een slap aftreksel. Soms moet ik het openbreken, verstoren, nieuwe stappen invoeren waardoor het toch weer spannend wordt.
De laatste tijd ben ik bezig met alle voorgaande series uit het verleden te combineren met elkaar waardoor een soort stijlloosheid ontstaat. Ik zoek uit hoe ik een eenheid kan smeden van wat ik de afgelopen 20 jaar gemaakt heb. Hoe kan ik verschillende beelden combineren in één? Het voelt alsof ik een puzzel probeer op te lossen die steeds groter wordt. Ik probeer alle dingen die ik in het verleden onderzocht heb te combineren en te doorbreken. Die puzzel probeer ik steeds complexer in elkaar te bouwen.
Dit schilderij is ontstaan doordat ik een combinatie had gemaakt van zowel abstracte als figuratieve beelden. Ik had daarvoor niet eerder deze combinatie gemaakt. Ik had met olieverf een figuur op een krokodil liggend in een zwembad geschilderd, maar daar overheen schilderde ik een abstract beeld. De laag die ik daarop schilderde was met een spuitbus. Het was een puzzel om verschillende beelden bij elkaar te brengen in het beeld. Die man op de krokodil heb ik eerst onderzocht door uitprobeersels te schetsen in mijn schetsboek. De man op krokodil had ik op een vrije manier gekopieerd uit een schilderij dat ik eerder gemaakt had, maar de andere elementen niet. Zo heb ik ook die man op die krokodil meerdere malen geschetst en naar de vorm gekeken. Ik beschouw het bijna als abstracte vormen. Elke afbeelding die ik tegenkom of teken geeft me iets anders, het geeft me een andere prikkel. Die man op die krokodil, die wil ik zo realistisch mogelijk hebben. Maar daar vervorm ik ook dingen aan. Zo wil ik dat die man meer volume krijgt, door de romp steviger te schilderen dan op de foto te zien is. Maar ik wil dan een massieve man op die krokodil hebben tegenover dat kinderspeelgoed. Zo’n log lichaam erop. Die keuzes maak ik tijdens het schilderen.
Ik kopieer nooit letterlijk. Het is een vormentaal die ik had overgenomen. Het was ontstaan vanuit lagen. Alleen door goed naar het schilderij te kijken kan de toeschouwer zien dat er ook kleine figuren in de achterste laag zitten, dat er een soort waas overheen zit. Die figuratie van die man op die krokodil is zichtbaar.
Aanvankelijk had ik dit werk als schets gemaakt. Dat is te zien aan het formaat 30xDcm, waar ik vaker schetsen op maak. Maar dit werk had ik uit de reeks gedestilleerd als een werk en niet een schets omdat ik de gelaagdheid goed vond overkomen als een vanzelfsprekendheid. Daarna vond ik het niet nodig deze afbeelding te vertalen naar een groter doek.”