Interesse in een project verliezen en hervinden
Wanneer Suzanne geen deadline heeft, laat ze haar projectideeën lekker lang sudderen. Die ideeën blijven dan nog wel ergens actief in haar hoofd, en slaan aan op van alles wat ze tegenkomt. Het kan wel jaren duren voordat iets af is, en in die tijd kan Suzanne vaak enthousiasme verliezen, en terugvinden.
“Veel van mijn projecten kosten een heleboel tijd. De spanningsboog tussen de kiem van een idee en een project met vijfhonderd puzzelende basisschoolkinderen kan makkelijk twee jaar zijn. Dat betekent niet dat ik er dan twee jaar voltijd aan werk; projecten gaan telkens ‘aan’ en ‘uit’ in mijn hoofd.
Ik merkte het toen ik op vakantie ging, dan blijft een plannetje toch ergens in mijn hoofd zitten, en juist door alle stilte kwam ik dan weer helemaal op het spoor van de audiotour waar ik aan werk. Ik zocht die stilte ook op in Nederland, in de duinen – daar bestond al een audiotour, en juist doordat ik dáár niks aan vond, ging het weer helemaal leven. Vervolgens sprak ik toevallig een andere sound designer, die heel abstract werkt. Dat betrek ik dan weer op wat ik in mijn hoofd heb, en dan heb ik er zo weer tien ‘puzzelstukjes’ bij.
De vlinders in mijn buik voor een bepaald idee blijven nooit constant tot het is afgerond. Wanneer een andere deadline nadert, of als ik heel erg opga in een ander project, dan moet het dus even naar de achtergrond verdwijnen. De audiotour sprak me bijvoorbeeld alweer niet meer zo aan, tot we aan deze gesprekken begonnen. Want dat blijkt wel; als ik me ergens mee bezig houd – en liefst samen met anderen – , door praten, of door verzamelen, of door te maken, dan gaat het weer meer leven. Daarom werk ik ook zo goed met deadlines, die dwingen me om bezig te blijven met wat er af moet. Áls er niemand mijn dingen af moet hebben, dan komt het ook niet af. Maar ja ik mag ook wel gewoon lekker spelen! Als er niks uitkomt dan is het eigenlijk ook niet zo erg. Als de deadline nadert, komt het enthousiasme altijd. Omdat ik dit weet, hoef ik me er niet meer zo’n zorgen om te maken als ik ergens niet helemaal goed in zit, of als iets een poosje stil ligt. Het gaat allemaal wel weer leven. Zo zit mijn hoofd in elkaar, het is de manier waarop ik gewoon vaar.”