Het nut van een antropologische insteek voor maakonderwijs
Een antropologische insteek in het maakonderwijs is van belang omdat de antropologie een aantal kenmerken deelt met maken en op enkele punten verder is dan maakonderzoek en maakonderwijs nu zijn.
Deze basisscholing hoeft nauwelijks apart te worden gegeven maar vooral verwerkt te zitten in andere curriculumonderdelen. Zij richt zich op:
– ervaring met iteratieve processen
– ervaring met immersie in echte situaties waarvoor gemaakt wordt of waardoor gemaakt kan worden
– ervaring met het contextgericht werken
– ervaring met de integratie van ongelijksoortig kennen, kunnen en voelen
– ervaring met reflexiviteit: de rollen van alle betrokken factoren van invloed incl. de eigen rollen
– ervaring met observeren en het daarop handelen en reflecteren
– ervaring met handelen in de concrete praktijk en de rol van beschouwen (incl. reflectie) daarin
– ervaring met het zoeken van correspondence tussen de omstandigheden en strevens van alle betrokkenen.
Zoals je ziet wordt aan enkele onderdelen al aandacht besteed in opleidingen van de HKU. Zij zijn daarin soms verder gevorderd dan andere (niet-kunst) opleidingen waarin een antropologische insteek een bijzondere rol kan vervullen. Integratie van het geheel zou in de eindstudie en de master vorm moeten krijgen. Het is daarbij nodig dat er docenten zijn die ervaring, en een enkeling scholing, hebben op het gebied van de antropologische insteek in andere vakgebieden.
De bovenstaande ervaringen hoeven niet in iedere student apart aanwezig te zijn maar wel in hun geheel in een ieder team van studenten (of makers).
Lees verder: meer hierover en nog meer.
Lees verder: meer over correspondence.