Vrije tijd in het kunstonderwijs en in de maakpraktijk

Hoe kun je als maker tijd vrijwaren van het ‘systeem’ waarbij alles nut moet hebben?

Kunstacademies bevinden zich, net als andere instituten, in het neoliberale krachtenveld. Hoe het creatieve proces, de creatieve attitude te stimuleren binnen deze kaders? Hoe creëer je ruimte voor het experiment, voor het de tijd nemen om het even niet te weten, (nog) niet te kunnen? Iets wat voor het maken zo belangrijk is.

De neoliberale ideologie toont een sterke regulering en kenmerkt zich door het idee van maakbaarheid van het individu. Denk hierbij aan alles wat meetbaar moet worden gemaakt: aan competenties, functioneringsgesprekken, tevredenheidsvragenlijsten, een ‘alles-wordt-in-geld-uitgedrukt’ methodologie en een ver doorgevoerd management-denkraam. Alles is sterk gereguleerd en gecontroleerd. Ook kunstacademies worden geacht te voldoen aan de neoliberale maatstaven. De kennisoverdracht en het leerproces zijn afgestemd op modules en competenties. Contacturen worden precies berekend. De studenten kopen het onderwijs in en kunnen zodanig zelfs als klanten beschouwd worden. En zo gedragen ze zich ook vaak. Daarnaast worden kunstenaars herleid tot ondernemers waarbij ze aangespoord worden om te netwerken, hun doelgroep aan te spreken, ‘producten’ op de markt aan te bieden en zich zichtbaar op te stellen. Het misleidende aan deze ver doorgevoerde en sterk sturende neoliberale ideologie in ons dagelijkse leven, is dat het zo lijkt te horen. Niets mis toch met zichtbaar zijn, succesvol willen zijn, jezelf op de markt bewegen?

Je kunt je echter wel afvragen of deze kaders niet een ‘verarming’ binnen de kunsten veroorzaken. Waar is er ruimte voor het experiment, voor het de tijd nemen om het even niet te weten, nog niet te wíllen weten? Hoe kan jij, als maker en als docent, de schaarse tijd die je hebt binnen je lessen of binnen je maakpraktijk vrijwaren van de invloeden van het ‘systeem’ waarbij alles nut moet hebben? Sommige docenten nemen hun studenten mee naar andere plekken dan de eigen academie. Los van de plek waar specifieke regels gelden met betrekking tot strikte openingstijden, die mogelijk dwars door het proces van leren en creëren heen snijden. Zij zoeken letterlijk een ‘andere ruimte’ op waar de tijd kan genomen worden voor wat zich aandient. Voor een maker kan een eigen atelier een fysieke ‘shelter’ bieden en zorgen voor een breuk met de eisen van alledag.

Scholè

Misschien kan de oorspronkelijke betekenis van het woord ‘school’ je ook nog een ander perspectief bieden in het denken hierover. School is afkomstig van het Griekse ‘scholè’ en betekent vrije tijd, een tijd los van enig economisch of politiek nut. ‘Scholè’ valt buiten het gewone maatschappelijke leven en buiten de ‘gewone’ tijd. ‘Scholè’ heeft raakvlakken met het begrip ‘autonomie’. Ook al biedt het begrip ‘scholè’ geen kant en klare oplossing, het biedt wel een ander licht. Als je geïnteresseerd bent in het begrip ‘scholè’ kan je hier meer over lezen in het boek Teaching Art in the Neoliberal Realm, en dan in het hoofdstuk: ‘School. A Matter of Form ’ van Simons en Masschelein (pp 69-83). In datzelfde boek schrijven Gielen en De Bruyne (tevens de editors van het boek) vlijmscherp over de relatie tussen kunsteducatie en het neoliberalisme in het inleidend hoofdstuk ‘Catering Regime’ (pp. 1 – 11). Kunstacademies, sterk gelijkend op cateringbedrijven, ‘leveren’ kennis die makkelijk te meten is en tegemoetkomt aan de eisen van de cliënten: de (potentiële) studenten. Bij catering verwacht je dat de kwaliteit altijd binnen de norm is en middelmatig – van een cateringbedrijf verwacht je nu eenmaal geen haute cuisine.

Bron: Gielen, P. & De Bruyne, P. (2012). Introduction. The Catering Regime. In P. Gielen & P. De Bruyne (Eds.), Teaching Art in the Neoliberal Realm. Realism versus Cynicism (pp. 1 – 11). Amsterdam: Valiz Publishers.

Bron: Simons M. & Masschelein, J. (2012). School. A Matter of Form. In P. Gielen & P. De Bruyne (Eds.), Teaching Art in the Neoliberal Realm. Realism versus Cynicism (pp. 69-83 ). Amsterdam: Valiz Publishers.


Lees ook: makend-handelen, niet-makend handelen en beschouwen.